fb pixel

Huurwaarborg

De woninghuurwet bevat een dwingende regeling inzake de huurwaarborg die bestaat uit een geldsom. Indien de waarborg bestaat uit effecten of een borgstelling door een derde (bv. bankwaarborg) dan zijn de onderstaande bepalingen dus niet van toepassing.

De huurwaarborg bedraag in principe 2 maanden huur. Een bankwaarborg van maximum 3 maanden huur is mogelijk mits deze wordt opgebouwd via constante maandelijkse afbetalingen gedurende de duur van het huurcontract over een maximumtermijn van 3 jaar. De huurwaarborg is te plaatsen bij een kredietinstelling op een geblokkeerde en geïndividualiseerde rekening op naam van de huurder; de intrest wordt gekapitaliseerd. De verhuurder die nalaat de waarborg te plaatsen is van rechtswege de gemiddelde marktrente verschuldigd én vanaf de ingebrekestelling door de huurder, de wettelijke interest. Deze geïndividualiseerde rekening in hoofdsom en intresten is slechts ter beschikking van de huurder of verhuurder op voorlegging van een schriftelijk akkoord van partijen of, bij gebrek hieraan, van een kopie van de rechterlijke beslissing.